Klaar voor de winter

De vriezer was goed gevuld, om niet te zeggen nokvol. Want de afgelopen maanden was ik druk in de weer met het verzamelen van allerlei vruchten. Ik ging ernaar op zoek in bossen en velden, maar vooral in plantsoenen. Wij zijn in Nederland namelijk gek op het aanplanten van mooie, bloeiende planten in perken en plantsoenen. Veel van deze planten leveren prachtige, eetbare bessen of vruchten. Denk maar eens aan de Japanse kweeappeltjes, de fluweelblauwe mahoniebessen en de donkere appelbes. Allemaal in overvloed te vinden en klaar voor de pluk.

Waarom ik ze allemaal in de vriezer stop? Dit heeft twee voordelen. Ten eerste heb ik geen tijd om alles direct te verwerken. Invriezen is dan een goede en eenvoudige manier om de bessen goed te houden. Zo kun je ze later – op een rustig moment – verwerken als er weinig te sprokkelen valt. Het tweede voordeel is dat het invriezen de celstructuur van de bessen beschadigt. De suikers en smaken lossen hierdoor beter op in het gerecht of in de inmaak die je gaat bereiden.

Zo ging ik vandaag aan de slag met appelbessen, mispels, duindoornbessen, sleedoorn- en vlierbessen. Ik heb van elke soort een pond uit de vriezer gehaald en vervolgens alle bessen op wodka gezet. Ik giet een fles wodka eerst halfleeg in een maatbeker en doe dan de gekozen bessen in de fles. Daarna vul ik de fles af met de wodka uit de maatbeker en doe er een eetlepel honing bij en eventueel wat kruiden. De inhoud van de flessen laat ik minimaal een maand of drie rijpen. De smaken van de vruchten en specerijen vermengen zich in die tijd met de wodka. Het resultaat? Een prima borreltje voor bij een knapperend kamp- of haardvuur.

Vandaag heb ik nog eens tien kilo mispels geplukt. Een paar kilo’s zijn verwerkt tot mispelgelei. Ik hanteer hiervoor een heel eenvoudig recept. Op één kilo rotte mispels gaat een pond suiker. Ik kook dit in en druk het dan met een houtenlepel door een bolzeef. Vervolgens gaat de boel in schone potten en deze weck ik vijftien minuten in een pan met kokend water.

Er is weer plek in de vriezer. Maar de kasten puilen uit van de flessen en potten. Laat die winter maar komen!